Spreekwoorden op werkwoord denken

Je moet ook aan de dag van morgen denken. Schoon schip maken.

Meer

Ergens in de verste verte niet aan denken. Iets beslist niet willen.

Meer

Hij denkt dat er goud te graven is. Hij denkt dat het om het geld te doen is.

Meer

Niet één haar op mijn hoofd dat er aan denkt. Daar ga ik absoluut niet mee akkoord.

Meer

Kinderen horen meer dan je denkt. Kleine potjes lopen gauw over.

Meer

Hij denkt klein van iemand. Hij denkt slecht over iemand.

Meer

Hij denkt dat de koning zijn oom is. Hij maakt overal excuses voor.

Meer

Iedereen denkt toch het eerste aan zichzelf. Men blijft maar één jaar kalf maar altijd ezel.

Meer

Zwijgen en denken zal niemand krenken. Wat je denkt komt niemand te weten en daar krijg je dus ook geen ruzie om.

Meer