Hij draait het rad.
Hij is een oproerkraaier.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Dat wordt bestraft met galg en rad.
- Iemand een rad voor de ogen draaien.
- Zo draait het rad van avontuur.
- Iemand een rad voor de ogen draaien.
- Dat was een rad uit zijn wagen.
- Dat is een rad uit de wagen.
- Smeren vóór de luns dat het rad niet giert.
- Hij is daar het vijfde rad aan de wagen.
- Mijn hart [maag] draait ervan om.
- Dat is de spil waar alles om draait.
- Zonder water draait de molen niet.