Hij maakt van zijn mast een schoenpin.
Hij bederft iets goeds om een kleinigheid.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met mast
De bezem in de mast voeren.
Heer en meester zijn op zee.
Meer info
Meer
De mast over boord zeilen.
Ten onder gaan aan een te luxueus leven.
Meer info
Meer
Hij kan de mast wel opkrijgen.
Hij redt zich wel.
Meer info
Meer
Hij ligt met de zeilen voor de mast.
Hij staat op het punt om te gaan starten.
Meer info
Meer
Hij vaart voor de grote mast.
Hij gehoorzaamt zijn bazen.
Meer info
Meer