Hij zit er lelijk mee geschoren.
Het is een probleem voor hem.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Daar was geschoren en ongeschoren.
- Een kale kin is gauw geschoren.
- Hij heeft de varkens geschoren.
- Hij heeft het lelijk laten liggen.
- Hij heeft het lelijk weg.
- Hij is lelijk te mate gekomen.
- Hij is lelijk aangebrand.
- Lelijk zien bijt niet.
- Het is een lelijk mirakel.
- Mooi in de luier lelijk in de sluier.