ijzeren pot.
Als een arme en een rijke man een geschil
Trefwoorden
potSpreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Hij wil een boon in de pot doen.
- De deksel van de pot aflichten.
- Het is er de dood in de pot.
- Hij is zo doof als een pot.
- Hij eet mee uit de grote pot van Egypte.
- Haar pot is aangebrand.
- De hond in de pot vinden.
- Hij heeft een hoofd als een ijzeren pot.
- Beter een luis in de pot dan helemaal geen vlees.
- Hij piest naast de pot.
- In één pot schijten.
- Hij heeft de pot verteerd.
- Hij moet de pot dekken.
- Daar staat een pot te vuur.
- Zo vol als een pot met peren.
- Die de pot breekt betaalt de scherven.
- Iemand in de pot doffen.
- Als de pot kookt dan bloeit de vriendschap.
- De pot verwijt de ketel dat hij zwart is.
- Het is één pot nat.
- De pot gaat te vuur.
- Van de stijfkop en de zot vult de advocaat zijn pot.
- Strelende katjes halen het vlees uit de pot.