Voor een gesloten deur staan.
Men is niet thuis.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met staan
Bij iemand schuld hebben.
Bij iemand een schuld/wederdienst moeten aflossen.
Bij iemand een schuld hebben.
Je moet als huwbaar meisje niet al te vaak van huis zijn.
Hij is zat.
Spreekwoorden met deur
Op een vraag geen antwoord of toestemming krijgen.
Dat is een idee dat iedereen had kunnen aandragen.
De deur staat helemaal open.
De vraag om binnen te mogen komen.
Het pandjeshuis.
Spreekwoorden met gesloten
Je kunt niet in de toekomst kijken.
Hij zegt helemaal niets.
Hij is niet mededeelzaam.
Mensen die voor elkaar bestemd zijn vinden elkaar uiteindelijk toch.
Goederen of diensten met elkaar ruilen zonder dat er geld aan te pas komt.