Als één schaap over de dam is volgen er meer.
Als iemand het voorbeeld geeft zijn er al snel mensen die dit voorbeeld volgen.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Acht is meer dan duizend.
- Het jaar heeft veel dagen en nog meer maaltijden.
- Hoe dichter bij de dood hoe meer spektakel.
- Wat dood is bijt niet meer.
- Hij kan zijn gat niet meer herdraaien.
- Dat gat is niet meer te stoppen.
- Er is meer gelijk dan eigen.
- Dat is meer geluk dan wijsheid.
- Genoeg is meer dan veel.
- Hoe ruiger hond hoe meer vlooien.
- Er zijn meer hondjes die Blom heten.
- Er zijn meer huizen dan kerken.
- Als mijn kat een koe was kocht ik geen melk meer.
- Met kerst zijn de knollen niet meer lekker.
- Dan doen de kiezen hem niet meer zeer.
- Er gaan meer kinderen dood dan ouderen.
- Kinderen horen meer dan je denkt.
- Hij heeft een krul meer in zijn staart dan een ander.
- Het leven heeft meer in dan eten en drinken.
- Dat is meer dan hem lief is.
- Men kan een luis niet meer benemen dan het leven.
- Daar is meer omgegaan dan de molen in het woud.
- Een ons geluk is meer dan een pond verstand.
- Die perzik smaakt naar meer.
- Hoe meer snaken hoe meer vermaken.
- Hij kan zijn streng niet meer trekken.
- Zijn tanden zijn niet meer zo goed.
- Twee ogen zien meer dan één.
- Er gebeurt in de wereld meer als in zeven dorpen.
- Hij zag er geen gat meer in.
- Hoe meer zielen hoe meer vreugd.
- Er zijn meer zwijgers dan sprekers.
- Met een auto over de weg blazen.
- Hij is de berg over.
- Over de bezem getrouwd zijn.
- Het over een andere boeg gooien.
- Een boekje over iemand open doen.
- Iemand over de brug helpen.
- De bui over laten drijven.
- Wie met de Duivel gescheept is moet met hem over.
- De gal loopt hem over.
- Het geld over de balk smijten [gooien].
- Het geld over de balk gooien.
- Hij laat Gods water over Gods akker lopen.
- Hij is daar over de hand.
- Zich er geen grijze haren over laten groeien.
- Waar het hart van vol is vloeit de mond van over.
- Iemand over de hekel halen.
- Iemand over het hoofd hangen.
- Iets over het hoofd zien.
- Ergens zijn hoofd over klauwen.
- Over de kling jagen.
- Waar het hart van vol is loopt de mond van over.
- Over koetjes en kalfjes praten.
- Hals over kop.
- Over de kop gaan.
- Ergens een kruis over maken.
- Ergens over kwijlen.
- Dat gaat over land en zand.
- Het was of hem een luis over de lever liep.
- De maat loopt over.
- De mast over boord zeilen.
- Mans moer Is de Duivel over de vloer.
- Iemand over het paard tillen.
- Kleine potjes lopen gauw over.
- Hij is met de Prins over de Maas geweest.
- Zij zijn over de puthaak getrouwd.
- De schaaf over iemand laten gaan.
- Het loopt over veel schijven.
- Iemand over de schouder aanzien.
- Ergens een sluier over gooien.
- Over smaak valt niet te twisten.
- Dat was een snee over zijn gezicht.
- Haal er de spons maar over.
- Hij strijkt met zijn hand over zijn hart.
- Ergens over struikelen.
- Iemand over de tong halen.
- De fiolen van toorn over iemand uitstorten.
- Twee over één is moorden.
- Ergens over vallen.
- Hij is vel over been.
- Iemand het vel over de oren halen.
- Vertellen over de bloemetjes en de bijtjes.
- Als hij over hem viel zou hij hem nog niet herkennen.
- Zijn vleugels over iemand uitbreiden.
- Hij heeft de vogel over het touw laten gaan.
- Hij heeft veel volk over de vloer.
- Als de vriendschap te groot is loopt ze over.
- Zijn wagen rolt over een zandweg.
- Hij laat het water over de dijk lopen.
- Ergens de Franse zweep over leggen.
- Ergens een dam tegen opwerpen.
- Van de dam vliegen.
- Het hek is van de dam.
- Het hek is van de dam.
- Een hond is stout op zijn eigen dam.
- Een goede dam leggen.
- Het hooi moet het paard niet volgen.
- Hij kan de krijg niet volgen.
- Iemands spoor volgen.
- Iemand op de voet volgen.
- Het kalfsvel volgen.
- Vrouwen volgen de mode hoe gek ook.
- Hij is altijd schaap gebleven.
- Dat schaap zal een zachte dood nemen.
- De slapende wolf loopt geen schaap in de muil.
- Terwijl de herders twisten rooft de wolf het schaap.
- Het verloren schaap is terecht.
- Hij zoekt vijf poten aan één schaap.
- Hij wil vijf poten aan een schaap hebben.
- Er loopt een zwart schaap onder.