SW Spreekwoorden.nl
Home Spreekwoorden op trefwoord Spreekwoorden op werkwoord Spreekwoorden A-Z Contact
Home Spreekwoorden op thema Spreekwoorden op trefwoord Spreekwoorden op werkwoord Spreekwoorden A tot Z

Het ging het ene oor in en het andere weer uit.

Hij hoorde het wel maar was het ook meteen weer vergeten.


Trefwoorden

weer oor

Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden

  • Door de achterdeur weer binnenkomen.
  • Het is een blikken pannetje zo koud en zo weer heet.
  • De bolworm steekt hem weer.
  • Hij is weer boven water gekomen.
  • De draad weer oppakken.
  • Hij heeft zijn gat weer volgezopen.
  • Hij zet een gezicht als drie dagen slecht weer.
  • God geeft het dubbel weer als men goed doet.
  • Jaag een hond weg je krijgt een rekel weer.
  • Een kat komt altijd weer op zijn poten terecht.
  • Krijg het Lazerus [heen en weer].
  • het steeds weer mislukken.
  • het steeds weer mislukken.
  • Hij speelt mooi weer van andermans geld.
  • Morgen is [komt] er weer een dag.
  • Noorderstof komt mooi weer of.
  • Dat paard zal mij niet weer slaan.
  • Die zijn pap stort kan die niet allemaal weer oprapen.
  • Ze spelen mooi weer van mijn geld.
  • Hij krijgt zijn trekken wel weer thuis.
  • Verloren eer keert moeilijk weer.
  • Hij is vroeg in de weer.
  • Je woorden worden weer thuisgebracht.
  • Hij is doof aan één oor.
  • Hij is doof aan dat oor.
  • Iemand iets in het oor bijten.
  • Hij legt zijn oor te luisteren.
  • Iemand een oor aannaaien.
  • Iets in het oor knopen.
  • Hij heeft een snee in zijn oor.
  • De spreker had het oor van de vergadering.
  • Het varken is op een oor na gevild.
  • Hij heeft een vlo in zijn oor.
Cookies en privacy • Contact
Volg ons op Facebook

© 2007 - 2021 Spreekwoorden.nl