De draad weer oppakken.
Weer verder gaan na een onderbreking.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met weer
Dat zal mij niet weer gebeuren.
Hij krijgt weer last van kuren.
Als je veel schade hebt aangericht kun je dat vaak niet meer herstellen.
Terugkomen op een zaak die al was afgedaan.
Uiteindelijk komt het toch weer in orde.
Spreekwoorden met draad
Hij weet niet meer waar hij moet beginnen.
Hij is er helemaal van op de hoogte.
Hij wist het tot aan de kleinste details aan toe.
Tegenwerken.
Je moet luisteren naar je meerdere.