Hij is de draad kwijt.
Hij weet niet meer waar hij moet beginnen.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Hij is het bijltje kwijt.
- God borgt wel maar en scheldt niet kwijt.
- Hij is de kluts kwijt.
- Hij is zijn stuur kwijt.
- Tegen de draad ingaan.
- De draad weer oppakken.
- Zijn leven hangt aan een zijden draad.
- Hij weet het van de naald tot de draad.
- Waar de naald gaat volgt de draad.
- Hij wist alles van naald tot draad.