Een kat komt altijd weer op zijn poten terecht.
Uiteindelijk komt het toch weer in orde.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Door de achterdeur weer binnenkomen.
- Het is een blikken pannetje zo koud en zo weer heet.
- De bolworm steekt hem weer.
- Hij is weer boven water gekomen.
- De draad weer oppakken.
- Hij heeft zijn gat weer volgezopen.
- Hij zet een gezicht als drie dagen slecht weer.
- God geeft het dubbel weer als men goed doet.
- Jaag een hond weg je krijgt een rekel weer.
- Krijg het Lazerus [heen en weer].
- het steeds weer mislukken.
- het steeds weer mislukken.
- Hij speelt mooi weer van andermans geld.
- Morgen is [komt] er weer een dag.
- Noorderstof komt mooi weer of.
- Het ging het ene oor in en het andere weer uit.
- Dat paard zal mij niet weer slaan.
- Die zijn pap stort kan die niet allemaal weer oprapen.
- Ze spelen mooi weer van mijn geld.
- Hij krijgt zijn trekken wel weer thuis.
- Verloren eer keert moeilijk weer.
- Hij is vroeg in de weer.
- Je woorden worden weer thuisgebracht.
- De bruid heeft de kat goed gevoerd.
- Hoe eer de vogel zingt hoe eer de kat hem wringt.
- Hij heeft de kat gestuurd.
- Zij heeft de kat niet gevoerd.
- Zij heeft de kat aan de kaas laten komen.
- Hij kijkt als een kat in een vreemd pakhuis.
- Men moet de kat niet aan de kaas laten komen.
- Men moet de kat niet bij het spek zetten.
- Hij speelt met hem als de kat met de muis.
- Hij steekt er de kat in.
- Het is net een kat als een andermans kat.
- Daar is wat in dat de kat niet lust.
- Dat kan kat nog hond verstaan.
- Als onze kat zich wast dan komt er wis een gast.
- De kat muist best als zij jongen heeft.
- De kat komt een graatje toe.
- De kat zal met zijn lege maag niet weglopen.
- Dat heeft de kat van de bakker gedaan.
- De kat de bel aanbinden.
- De kat uit de boom kijken.
- De kat in het donker knijpen.
- De kat is in het garen.
- Zijn kat heeft jongen.
- Een kat een kat noemen.
- Als mijn kat een koe was kocht ik geen melk meer.
- De kat kon het spek wel zien maar niet krijgen.
- Maak dat de kat wijs.
- Een kat in de zak kopen.
- Leven als kat en hond.
- Hij is zo misselijk als een kat.
- Wat men spaart uit de mond dat is voor kat of hond.
- Een slapende kat en vangt geen rat.
- Dat is een spel van kat en muis.
- Dat is een vogeltje voor de kat.
- Hij is zo wijs als Salomo's kat.
- Peerden vallen ook al hebben ze vier poten.
- Iets op poten zetten.
- Dat staat op poten.
- De poten onder zijn stoel zagen.
- Hij zoekt vijf poten aan één schaap.
- Hij wil vijf poten aan een schaap hebben.
- Dat komt terecht beter dan de verzopen dubbeltjes.
- Het verloren schaap is terecht.