Het is licht dansen op andermans vloer.
Het is gemakkelijk geld van ander uit te geven.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Zijn beer begint te dansen.
- De centen dansen hem in de zak.
- Oude beren dansen leren is zwepen verknoeien.
- Hij is te dom om voor de Duivel te dansen.
- Hij danst eer de fiedel gaat.
- Het geld danst in zijn zak.
- Het kalf moet uit zijn natuur dansen.
- Het is makkelijk dansen op andermans vloer.
- De muizen dansen daar in het spek.
- Naar iemands pijpen dansen.
- Pissen gaat vóór dansen.
- Hij is te stom om voor de Duivel te dansen.
- Op de vuisten dansen.
- In andermans boeken is het duister lezen.
- Hij dorst koren in andermans schuur.
- Beter een andermans hemd dan geen.
- De hoenders in andermans hof jagen.
- Met een andermans kalf ploegen.
- Het is net een kat als een andermans kat.
- Hij speelt mooi weer van andermans geld.
- iemand heeft Niemand hinkt van andermans zeer.
- Hij pronkt met andermans veren.
- Het is goed riemen snijden van andermans leer.
- Het is goed spinnen van andermans garen.
- Met andermans zijde naaien.
- Vele handen maken licht werk.
- Veel handen maken licht werk.
- Wie een hond wil slaan kan licht een stok vinden.
- Het huis is licht en dicht.
- Grote lantaarn klein licht.
- De lamp geeft weinig licht.
- Hij is een lantaarn zonder licht.
- Er ging hem een licht op.
- Hij gunt hem het licht in zijn oog niet.
- Men moet zijn licht niet onder de korenmaat zetten.
- Een oude vogel is niet licht te vangen.
- Een oude rat vindt licht een gat.
- Iets licht opvatten.
- Het licht zien.
- Hij is licht te belezen.
- Iemands licht betimmeren.
- Hij licht de hielen.
- Licht land loos volk.
- Dat is zo licht als een pluim.
- Laat uw licht schijnen voor de mensen.
- Iemand in het licht staan.
- Iemand het licht uitblazen.
- Op oud ijs vriest het licht.
- Wie met pek omgaat wordt licht [ermee] besmet.
- Het is tijd dat ik mijn anker licht.
- Een vos is niet licht met één strik te vangen.
- Een zeer oog kan het licht niet verdragen.
- Diepe zwemmers licht te grond.
- Mans moer Is de Duivel over de vloer.
- Je kunt daar van de stenen [vloer] eten.
- Met iemand de vloer aanvegen.
- Je kunt er van de vloer eten.
- Als ieder zijn vloer keert is het in alle huizen schoon.
- Hij heeft veel volk over de vloer.
- Hoe hoger zolder hoe leger vloer.