Hij heeft een mot in zijn maag.
Hij heeft vaak honger.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Dat ligt als beton op de maag.
- Een glas op zijn tijd houdt de mot uit de maag.
- Mijn hart [maag] draait ervan om.
- Honger maakt een grage maag.
- De kat zal met zijn lege maag niet weglopen.
- Iemand iets in zijn maag splitsen.
- Dat ligt hem zwaar op de maag.
- Mijn maag jeukt.
- Mijn maag rammelt.
- Een volle maag studeert niet graag.
- Zijn maag [lijf] op de leest zetten.
- Het oog was groter dan de maag.
- De ratten zullen niet met zijn lege maag weglopen.
- Dat ligt hem als een steen op de maag.
- Het staat hem zo handig als de mot het haspelen.
- Daar zit de mot in.
- Iets in de mot hebben.
- Mot hebben met iemand.