De kat zal met zijn lege maag niet weglopen.
Hij heeft voldoende gegeten.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Lege bakken knorrige varkens.
- Een volle buik peinst op geen lege.
- Beter een half ei dan een lege dop.
- De kalanders komen op geen lege graanzolders.
- Lege kisten maken twisten.
- De ratten zullen niet met zijn lege maag weglopen.
- Lege tonnen geven het grootste geluid.
- Dat ligt als beton op de maag.
- Een glas op zijn tijd houdt de mot uit de maag.
- Mijn hart [maag] draait ervan om.
- Honger maakt een grage maag.
- Iemand iets in zijn maag splitsen.
- Dat ligt hem zwaar op de maag.
- Mijn maag jeukt.
- Mijn maag rammelt.
- Een volle maag studeert niet graag.
- Zijn maag [lijf] op de leest zetten.
- Hij heeft een mot in zijn maag.
- Het oog was groter dan de maag.
- Dat ligt hem als een steen op de maag.
- De bruid heeft de kat goed gevoerd.
- Hoe eer de vogel zingt hoe eer de kat hem wringt.
- Hij heeft de kat gestuurd.
- Zij heeft de kat niet gevoerd.
- Zij heeft de kat aan de kaas laten komen.
- Hij kijkt als een kat in een vreemd pakhuis.
- Men moet de kat niet aan de kaas laten komen.
- Men moet de kat niet bij het spek zetten.
- Hij speelt met hem als de kat met de muis.
- Hij steekt er de kat in.
- Het is net een kat als een andermans kat.
- Daar is wat in dat de kat niet lust.
- Dat kan kat nog hond verstaan.
- Als onze kat zich wast dan komt er wis een gast.
- Een kat komt altijd weer op zijn poten terecht.
- De kat muist best als zij jongen heeft.
- De kat komt een graatje toe.
- Dat heeft de kat van de bakker gedaan.
- De kat de bel aanbinden.
- De kat uit de boom kijken.
- De kat in het donker knijpen.
- De kat is in het garen.
- Zijn kat heeft jongen.
- Een kat een kat noemen.
- Als mijn kat een koe was kocht ik geen melk meer.
- De kat kon het spek wel zien maar niet krijgen.
- Maak dat de kat wijs.
- Een kat in de zak kopen.
- Leven als kat en hond.
- Hij is zo misselijk als een kat.
- Wat men spaart uit de mond dat is voor kat of hond.
- Een slapende kat en vangt geen rat.
- Dat is een spel van kat en muis.
- Dat is een vogeltje voor de kat.
- Hij is zo wijs als Salomo's kat.