Hij kreeg een veeg uit de pan.
Hij kreeg een flink verwijt.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Daaraan veeg ik mijn botten.
- Dat is in een veeg gebeurd.
- Hij heeft een veeg weg.
- Hij is zo veeg als een luis op de kam.
- Veeg je mond maar af en zeg dat je gegeten hebt.
- Een veeg uit de pan krijgen.
- Hij kreeg een klap op zijn test.
- Hij kreeg er een kleur van.
- Hij kreeg het in de neus.
- Hij kreeg nul op het request.
- Hij kreeg een pluimpje.
- Hij kreeg een rolberoerte.
- Hij kreeg het schuifje.
- Hij kreeg een standje dat de lappen eraf vlogen.
- Een leger in de pan hakken.
- Hij heeft aan de pan gelikt.
- Hij is van de pan geraakt.
- Het is er een pan.
- Hij is aan de pan blijven hangen.
- De pan bij de steel pakken.
- Het is saus naar de kom of naar de pan.