Iemand in de doeken leggen.
Iemand voor het lapje houden.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met leggen
Botje bij botje leggen.
Iedereen levert een gelijke kleine bijdrage.
Meer
De hand op de mond leggen.
Iets niet doorvertellen.
Meer
De hand op iets leggen.
Iets aantrekkelijks weten te bemachtigen.
Meer
De laatste hand aan iets leggen.
De laatste details van het werk afronden.
Meer
De sleutel op de kist leggen.
De erfenis niet accepteren.
Meer