Ook een lange metworst is te korten.
Als je blijft uitgeven kan ook veel geld opraken.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Het zijn niet alleen koks die lange messen dragen.
- In de lange dienst gaan.
- Hij eet met lange tanden.
- Lange gasten stinkende gasten.
- Grote heren hebben lange handen.
- Iemand lange haver geven.
- Zij zijn de lange huur ingegaan.
- Lange kleren korte zinnen.
- We willen een kort gebed en een lange maaltijd.
- De lange latten ombinden.
- Ergens een lange saus bij maken.
- Ja en neen is een lange strijd.
- Op lange veren slapen.
- Korte rekening maakt lange vriendschap.
- Vrouwen dragen lange kleren maar korte zin.
- Tussen doen en zeggen lange mijlen leggen.
- Schone appels zijn ook wel zuur.
- jou ook behandelen.
- Ook de beste boom geeft slechte vruchten.
- Je moet ook aan de dag van morgen denken.
- Wacht-een-beetje is ook een dorp.
- Wie mee eten wil moet ook mee dorsen.
- Garnaal is ook vis als er anders niet is.
- Oude peerden zijn ook geern gekamd.
- Waar geen haar groeit groeien ook geen hersens.
- Waar kikkers zijn daar is ook water.
- Ook een kleinigheidje wil nog wel bijdragen.
- Die de koe trouwt heeft ook het kalf.
- Kruimels is ook brood.
- Het is daar ook niet het land van belofte.
- hoe onbelangrijk dit ook mag zijn.
- Oog [Ook] om oog en tand om tand.
- Het oog wil ook wat hebben.
- Waar oud hooi is daar is ook oud geld.
- Peerden vallen ook al hebben ze vier poten.
- Met een pet op je test kom je er ook best.
- Als het schip zinkt dan zinkt ook de lading.
- Een speld heeft ook een kop.
- in de toekomst ook niet vertrouwen.
- Ook met vleien en smeken zal je dat niet lukken.
- Vlieg wil ook vogel zijn.
- De laatste schuit moet ook vracht hebben.
- Vrouwen volgen de mode hoe gek ook.
- Vuil water blust ook vuur.
- Waar werk is is ook honig.
- Dat is ook niet bij zijn wieg gezongen.
- Waar een wil is is ook een weg.
- Een goed zeeman wordt ook wel eens nat.
- Hij praat als een metworst die het vet ontlopen is.
- Met een metworst naar een zijde spek gooien.
- Iemand de vleugels korten.
- Iemands wieken korten.