Zijn rug jeukt.
Hij vraagt om een pak slaag.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Het fortuin heeft hem de rug toegekeerd.
- Het geld groeit me niet op mijn rug.
- Het geluk heeft hem de rug toegekeerd.
- Hij loopt met een kast op de rug.
- Men draagt het kruis niet altijd op zijn rug.
- De peper groeit bij hem op de rug.
- Als de roe van de rug is ishet geselen gedaan.
- Dat gaat achter zijn rug om.
- Iets achter de rug hebben.
- Hij staat met zijn rug tegen de muur.
- Een rug.
- Iemand de rug rauw rijden.
- Het spit in de rug hebben.
- Zijn handen jeuken hem.
- Hij krabt zich waar het hem niet jeukt.
- Weelde en jeukte zijn kwalijk te lijden.
- Mijn maag jeukt.
- Zijn oren jeuken.
- Mijn rechterhand jeukt.
- De vingers jeuken mij.