Spreekwoorden op trefwoord hoog
Zij blazen hoog van de toren.
Zij voeren het hoogste woord.
Hij draagt het hart hoog.
Hij is trots.
Geen golf gaat hem te hoog.
Hij kan alles aan.
Geen baren gaan hem te hoog.
Hij ziet nergens tegenop.
Hij is geen turf hoog.
Hij is tam en verdrietig.
Hij heeft hoog water.
Hij moet naar het toilet.
Hij loopt met hoog water.
Zijn broekspijpen zijn te kort.
Zie niet te hoog de wereld is bulterig.
Als je te ambitieus bent zul je zwaar teleurgesteld worden.
Hij speelt hoog spel.
Hij neemt veel risico.
Hoog van gemoed leeg van goed.
Menigeen die zich voornaam voordoet is vaak helemaal niet rijk.