Een vrouw en een poes horen in hoes.
Een vrouw hoort thuis (bij het gezin) te zijn.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Geen erger doven dan die niet horen willen.
- Hij kan het gras horen groeien.
- Die niet horen wil moet voelen.
- Wie niet horen wil moet voelen.
- Die vele horen zeggen horen vele liegen.
- Er horen geen twee hanen op één erf.
- Horen en zien vergaat je hier.
- Van horen zeggen liegt men het meeste.
- Horen zeggen is half gelogen.
- Horen zien en zwijgen.
- Kinderen horen meer dan je denkt.
- Meisjes horen niet in het openbaar te fluiten.
- Ik heb er een muisje van horen piepen.
- Die oren heeft om te horen die hore.
- Een dronken vrouw een engel in het bed.
- Een goede vrouw is zonder hoofd.
- De man is het hoofd de vrouw is de nek.
- Een man zonder vrouw is een paard zonder teugel.
- IJdelheid uw naam is vrouw.
- zo snel aan de vrouw komen.
- Het is niet goed als een vrouw de baas is.
- Je moet een vrouw niet uit laten gaan.
- Een zuinige vrouw is de beste spaarpot.
- Die zijn vrouw liefheeft laat haar thuis.
- Een boze vrouw maakt van 'nen engel 'nen Duivel.
- De vrouw heeft één recht en dat is het aanrecht.
- Wat de vrouw graag mag eet de man elke dag.
- De vrouw bouwt het huis of breekt het in gruis.
- Een vrouw valt in het huwelijk vaak tegen.
- hij zijn vrouw naar het kerkhof gebracht had.
- Vrouw en man is één gespan.
- De vrouw wil het thuis graag de baas zijn.
- Dat is niet voor de poes.
- Dat is voor de poes.
- Als de poes zich wast dan komt er wis een gast.
- De poes op de bak zetten.