SW Spreekwoorden.nl
Home Spreekwoorden op trefwoord Spreekwoorden op werkwoord Spreekwoorden A-Z Contact
Home Spreekwoorden op thema Spreekwoorden op trefwoord Spreekwoorden op werkwoord Spreekwoorden A tot Z

Het roer aan de scheg hangen.

De zaak verkeerd besturen.


Trefwoorden

hangen roer scheg

Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden

  • Barbertje moet hangen.
  • Wie het breed heeft laat het breed hangen.
  • De broodkorf hoger hangen.
  • Aan iemands gat hangen.
  • Die geboren is om te hangen zal niet verdrinken.
  • Iets aan de haak hangen.
  • Iets aan de grote klok hangen.
  • Iets aan de klokkereep hangen.
  • Iets aan het klokzeel hangen.
  • Hangen heeft geen haast.
  • Hij laat het hoofd hangen.
  • Iemand over het hoofd hangen.
  • Hij laat zijn kam hangen.
  • Zij hangen in het kastje.
  • De lier [harp] aan de wilgen hangen.
  • De lier aan de wilgen hangen.
  • Hij liet het in de lap hangen.
  • Hij laat de lip hangen.
  • Aan iemands lippen hangen.
  • Er blijft te veel aan de maat en de strijkstok hangen.
  • Hij laat zijn oren hangen.
  • Hij is aan de pan blijven hangen.
  • De sokken hangen hem op de hielen.
  • Het is spel van hangen en verlangen.
  • Iets aan de spijker hangen.
  • Er blijft te veel aan de strijkstok hangen.
  • Er blijft te veel aan de strijkstok hangen.
  • De kap op de tuin hangen.
  • Hij laat zijn veren hangen.
  • Zijn wieken laten hangen.
  • De huik naar de wind hangen.
  • Een zaak aan de kapstok hangen.
  • Een kruidje-roer-mij-niet.
  • Hij kan zijn roer niet recht houden.
  • Hij zit aan het roer.
  • Die hem aan het roer houdt zal varen.
  • Het roer omgooien.
  • Zijn roer recht houden.
  • Daar is het roer van het schip.
  • Te roer staan.
Cookies en privacy • Contact
Volg ons op Facebook

© 2007 - 2021 Spreekwoorden.nl