Hij is onder water.
Hij is aan het stappen.
Trefwoorden
onder waterSpreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Er schuilt een addertje onder het gras.
- Balken onder de ogen hebben.
- Hij is bang zich aan koud water te branden.
- Iemand onder de bank drinken.
- Veel beekjes maken een groot water.
- Van boven blinken van onder stinken.
- Iemand het bloed onder de nagels vandaan halen.
- Van boven bont van onder stront.
- Hij is weer boven water gekomen.
- Iemand een teen onder zijn broek steken.
- Uit zuivere bronnen vloeit zuiver water.
- Onder de brug doorgaan.
- Hij is onder dak.
- Onder een dekmantel.
- Onder de dekmantel van vroomheid.
- Geen water is hem te diep.
- Onder distels doornen zaaien.
- Die zich dood werkt wordt onder de galg begraven.
- Hij loopt met zijn doodskist onder de arm.
- Iemand onder de duim houden.
- Hij is verdronken eer hij water gezien heeft.
- Hij slaat eronder als Malle Jan onder de kippen.
- Men steekt gaarne zijn voeten onder een eigen tafel.
- Zij staan onder de geboden.
- Hij verdient geld als water.
- Geld in het water gooien.
- Dat is geld in het water smijten.
- Zij gelijken op elkaar als twee druppels water.
- Hij is onder een gelukkig gesternte geboren.
- Goed gereedschap hangt onder een afdak.
- Het is geschied onder het zegel van geheimhouding.
- Het gevaar onder ogen zien.
- Hij laat Gods water over Gods akker lopen.
- De grond brandt hem onder de voeten.
- De grond werd hem te warm onder de voeten.
- Onder de hand verkopen.
- Iemand onder handen nemen.
- Iets onder handen hebben.
- Iemand een hart onder de riem steken.
- Hij is onder een hoedje te vangen.
- Jong een hoer oud onder de preekstoel.
- Hij verwedt er zijn hoofd [kop] onder.
- Hij heeft hoog water.
- Hij loopt met hoog water.
- Hoogmoed en vrede is water en vuur.
- Onder het juk doorgaan.
- Onder het juk brengen.
- Er is veel kaf onder het koren.
- Waar kikkers zijn daar is ook water.
- Een kring om de zon brengt water in de ton.
- Hij is onder de lappen.
- Leg uw hand op uw hoofd en zie wat er onder staat.
- Men moet zijn licht niet onder de korenmaat zetten.
- Dat ligt onder het loodje.
- Loop niet in het water.
- Onder de haag lopen.
- Onder de mantel van godsvrucht.
- Onder mantel en kleed zit er veel dat men niet weet.
- Onder het mes zitten.
- Hij heeft een mus onder zijn hoed.
- Het scheelt hem onder de muts.
- Neem de onschuld onder uw vleugelen.
- Er is niets nieuws onder de zon.
- Onder een ongelukkige planeet geboren zijn.
- Onkruid onder de tarwe.
- Onder ons gezegd en geschreven.
- Dat staat als een paal boven water.
- Onder de palmen wandelen.
- Hij heeft zijn paspoort onder de voeten genomen.
- Iets onder de pet houden.
- Iemand onder de plak hebben.
- Onder de plak zitten.
- De poten onder zijn stoel zagen.
- Hij raakte onder de voet.
- Hij is zo rijk als het water diep is.
- Onder iemands roede staan.
- Onder de rook van een stad.
- Hij schiet onder iemands duiven.
- Ergens de schouder onder zetten.
- Daar schuilt een slang onder het loof.
- Onder de blote hemel slapen.
- Zij spelen onder één hoedje.
- Spijkers op laag water zoeken.
- Onder een staand zeil is het goed roeien.
- Hoe stiller water hoe dieper boom.
- Het is een storm in een glas water.
- Ergens een streep onder zetten.
- Hij heeft streken onder zijn staart.
- Hij strijd onder eigen banier.
- Iemand onder tafel drinken.
- Die in toorn handelt gaat in storm onder zeil.
- Onder de toren wonen de meeste geuzen.
- Iemand onder de torens zetten.
- In troebel water is het goed vissen.
- Dat zijn twee hoofden onder één kaproen.
- Uiteindelijk komt de waarheid altijd boven water.
- Hier komt het varken onder zijn magen.
- Hij heeft vaste grond onder de voeten.
- Iemand onder vier ogen spreken.
- Onder valse vlag varen.
- Hij houdt het vlees onder de pekel.
- Hij is zo vlug als water.
- Onder vriendschaps schijn bezorgt hij het zijn.
- Onder vriendschaps schijn zit het ergste venijn.
- Hij is zo vals als het schuim op het water.
- Vuil water blust ook vuur.
- Men moet het vuur onder de as zoeken.
- Vuur in de ene hand dragen en water in de andere.
- Dat wast al het water van de zee niet af.
- Hij laat het water over de dijk lopen.
- Die op het water is moet varen.
- Hij spaart het water.
- Iets valt in het water.
- Die het water deert die het water keert.
- Zonder water draait de molen niet.
- Het water loopt altijd naar de zee.
- Het water komt op de dijk.
- Het water komt aan de lippen.
- Dat is water en melk.
- Het is water en vuur.
- Water in de wijn doen.
- Dat is water en wind.
- Water in zee [de Rijn] dragen.
- Het is water naar de zee dragen.
- Werp uw brood uit op water.
- Onder de wol gaan.
- Onder in de zak vindt men de rekening.
- De zee is altijd zonder water.
- Onder zeil gaan.
- Onder de groene zoden liggen.
- Onder iets zuchten.
- Er loopt een zwart schaap onder.