Hij kan het gras horen groeien.
Hij is eigenwijs.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Er schuilt een addertje onder het gras.
- Daar groeit het gras in de straten.
- Iemand het gras voor de voeten wegmaaien.
- Het gras is altijd groener bij de buren.
- In het gras bijten.
- Hij is zo groen als gras.
- Dat gebeurt te hooi en te gras.
- Hij is zo wijs dat hij het gras hoort groeien.
- De bonen groeien altijd naar de perse.
- Het geld groeit me niet op mijn rug.
- Op dezelfde stam groeien verschillende vruchten.
- Waar geen haar groeit groeien ook geen hersens.
- Zich er geen grijze haren over laten groeien.
- Grijze haren groeien op geen zotte bollen.
- Twee varkens in één hok groeien naar elkaar.
- Geen erger doven dan die niet horen willen.
- Die niet horen wil moet voelen.
- Wie niet horen wil moet voelen.
- Die vele horen zeggen horen vele liegen.
- Er horen geen twee hanen op één erf.
- Horen en zien vergaat je hier.
- Van horen zeggen liegt men het meeste.
- Horen zeggen is half gelogen.
- Horen zien en zwijgen.
- Kinderen horen meer dan je denkt.
- Meisjes horen niet in het openbaar te fluiten.
- Ik heb er een muisje van horen piepen.
- Die oren heeft om te horen die hore.
- Een vrouw en een poes horen in hoes.