Hij praat krom.
Hij praat geen goed Nederlands.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met praat
Al het goede bestaat uit drie dingen.
Hij praat lariekoek.
Hij praat nonsens.
Hij heeft een ruw taalgebruik.
Hij praat over van alles en nog wat.
Spreekwoorden met krom
Dat is een slechte familie.
Je kunt beter gewoon het pad blijven volgen dan dit afsnijden.
Heel erg hard werken voor een schamel loon.
Hij is een dief.