Lachen dat de lever schudt.
Heel hard lachen.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Als het aas ligt in de graven dan lachen alle raven.
- Zich een bochel [deuk] lachen.
- Hij ligt dubbel van het lachen.
- Dat is kippetjespraat de hanen lachen erom.
- Zich een bult lachen.
- Lachen moet je leren schreien komt vanzelf.
- Witjes lachen.
- De engeltjes schudden hun bedjes uit.
- Ik kan het geld niet van de bomen schudden.
- Dat schudt hij uit zijn mouw.
- Ik kan mijn oren schudden dat ze klappen.
- Het stof van de voeten schudden.
- Hij laat zijn lever graag zwemmen.
- Het komt hem niet aan de lever.
- Iemand om de lever gaan.
- Dat ligt hem zwaar op de lever.
- Het was of hem een luis over de lever liep.
- Hij is een man met een witte lever.
- Hij heeft een minne lever.
- Hij spreekt vrij van de lever.
- Hij loopt met warme lever en tong.