Beter jong gestorven Als oud bedorven.
Als iemand op jonge leeftijd sterft gaat hij nog heen als een goed mens en komt in de hemel
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Het is beter de bakkers te paard als de dokters.
- Beter benijd dan beklaagd.
- Beter duur als niet te koop.
- Beter een half ei dan een lege dop.
- Het ei wil beter wezen dan de hen.
- Beter arm met ere dan rijk met schande.
- Beter hard geblazen dan de mond gebrand.
- Geen beter gemak dan eigen dak.
- Beter ham zonder mosterd dan mosterd zonder ham.
- Beter een andermans hemd dan geen.
- Hoe meerder hoop hoe beter koop.
- het kan beter van de kerk als van de kapelle.
- Waar klappen goed is, is zwijgen beter.
- Beter een kwaad been als geen.
- Beter een lap dan een gat.
- Beter een luis in de pot dan helemaal geen vlees.
- Beter onbegonnen dan ongeƫindigd.
- Beter onrecht lijden dan onrecht doen.
- Beter een ons geluk dan een pond wijsheid.
- Beter scheel als blind.
- Het is beter de schoenen versleten als het bed.
- Het kan beter van de schoof dan van de band.
- Men is beter met smid als met smeeken.
- Het kan beter van een stad dan van een dorp.
- Het is beter stil gezwegen als kwalijk gesproken.
- Dat komt terecht beter dan de verzopen dubbeltjes.
- Neemt uw tijd te baat te vroeg is beter dan te laat.
- Beter ermee verlegen dan erom verlegen.
- Beter erom verlegen dan ermee verlegen.
- Beter er om verlegen dan er mee verlegen.
- Beter een vink geplukt dan ledig gezeten.
- Beter doorhet vuur te vliegen dan er door te kruipen.
- Die zaak kunnen ze beter opdoeken.
- Er bleef geen oud wijf achter het spinnewiel.
- Als de Duivel oud is wordt hij eremijt.
- De Duivel is oud.
- Jong geleerd [gewend] oud gedaan.
- Jong een hoer oud onder de preekstoel.
- Die jong rijdt moet oud lopen.
- Wie jong rijdt moet oud lopen.
- Die jong spaart lijdt oud geen gebrek.
- Een nieuwe lap zetten op een oud kleed.
- Dat is lood om oud ijzer.
- Het is lood om oud ijzer.
- Jong een hoveling oud verschoveling.
- Wie niet oud wil worden moet zich jong ophangen.
- Men is nooit te oud om te leren.
- Dat is wat nieuws op een oud thema.
- Hij wordt als oud vuil behandeld.
- Dat is zo oud als Methusalem.
- Jong en oud op het eind wordt alles koud.
- Dat is erg oud.
- Wat oud is knort graag; wat jong is speelt graag.
- Een oud besje.
- Dat is een oud hartzeer.
- Waar oud hooi is daar is ook oud geld.
- Op oud ijs vriest het licht.
- Een oud paard jaagt men aan de dijk.
- Het is een oud paard uit de Openbaring.
- Oud en stijf en nog geen wijf.
- Dat is zo oud als de straat.
- Zij is een oud vel.
- Dat is oud vuil.
- Dat is zo oud als de weg naar Rome.
- Dat is zo oud als de weg naar Kralingen.
- Hij is een oud wijf.
- Oud zeer open krabben.
- Jong te paard [peerd] oud te voet.
- Hij heeft een smaak in zijn mond als een oud wijf.
- Toen David oud werd maakte hij psalmen.
- Toen de Duivel oud werd werd hij eremijt.
- Men moet de boom buigen als hij jong is.
- Jong getrouwd is jong berouwd.
- Het is een goed jong dat naar zijn ouder tiert.
- Kinderen zijn nog te jong voor drank.
- Men moet het takje buigen als het jong is.
- Het dunkt elke uil dat zijn jong een valke is.
- Hij is in het harnas gestorven.