Hij denkt klein van iemand.
Hij denkt slecht over iemand.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Dat is klein bier.
- Dat is een grote parade maar een klein garnizoen.
- Klein gewin brengt rijkdom in.
- Kleine kinderen worden groot.
- Hij heeft maar een klein hart.
- Dat is groot laweit in een klein straatje.
- Geen heilige zo klein of hij wil zijn kaarsje hebben.
- Iemand klein krijgen.
- Hij is klein van was.
- Grote lantaarn klein licht.
- Iets kort en klein slaan.
- Een ongeluk zit in een klein hoekje.
- Aan een klein vogelken past geen grote bek.
- Klein is de rouwe valt de oude koe dood.
- Een klein schip doet een groot schip zinken.
- Een klein standje is een groot gemak.
- De tong is een klein lid.
- Een klein visje een zoet visje.
- Er gaan niet veel vrienden in een klein huis.
- Groot in de wapens klein in de beurs.
- Een klein winstje een zoet winstje.
- Je moet ook aan de dag van morgen denken.
- Ergens in de verste verte niet aan denken.
- Hij denkt dat er goud te graven is.
- Niet één haar op mijn hoofd dat er aan denkt.
- Kinderen horen meer dan je denkt.
- Hij denkt dat de koning zijn oom is.
- Iedereen denkt toch het eerste aan zichzelf.
- Zwijgen en denken zal niemand krenken.