Hij sloeg de hand aan zichzelf.

Als je hem een kleinigheid toestaat verlangt hij steeds meer.

Dat is veels te duur.

Dat is echt iets voor hem.

Dat is een onverwacht voordeel.

Dat is gemakkelijk.

Als je teveel haast hebt lukt het niet.

Dat was een grote onaangename verassing.

Hij werd heel bang.

Hij had het verkeerd.

Hij stond voor schut door een hele domme fout.

Voordat een ander je De eerste klap is een daalder waard.

Je moet ook wel eens aan jezelf denken in plaats van aan anderen.

Als je kwaad doet word je ervoor gestraft.

Iedereen moet voor zichzelf zorgen.