Je woorden worden weer thuisgebracht.
Als je onaardig bent tegen anderen doen zij ook onaardig tegen jou.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Door de achterdeur weer binnenkomen.
- Het is een blikken pannetje zo koud en zo weer heet.
- De bolworm steekt hem weer.
- Hij is weer boven water gekomen.
- De draad weer oppakken.
- Hij heeft zijn gat weer volgezopen.
- Hij zet een gezicht als drie dagen slecht weer.
- God geeft het dubbel weer als men goed doet.
- Jaag een hond weg je krijgt een rekel weer.
- Een kat komt altijd weer op zijn poten terecht.
- Krijg het Lazerus [heen en weer].
- het steeds weer mislukken.
- het steeds weer mislukken.
- Hij speelt mooi weer van andermans geld.
- Morgen is [komt] er weer een dag.
- Noorderstof komt mooi weer of.
- Het ging het ene oor in en het andere weer uit.
- Dat paard zal mij niet weer slaan.
- Die zijn pap stort kan die niet allemaal weer oprapen.
- Ze spelen mooi weer van mijn geld.
- Hij krijgt zijn trekken wel weer thuis.
- Verloren eer keert moeilijk weer.
- Hij is vroeg in de weer.
- Biggen worden zwijnen.
- Kleine boompjes worden groot.
- Die geleerd wil worden moet vroeg opstaan.
- Zoals het geknipt is moet het genaaid worden.
- Die wilt geprezen worden moet sterven.
- Huwelijken worden in de hemel gesloten.
- Wat Jantje is zal Jan worden.
- Hij moet van de kei gesneden worden.
- Kleine kinderen worden groot.
- Kleine kinderen worden door moeder getroost.
- Kinderen worden kerels.
- Kinderen die vragen worden overgeslagen.
- Kwaad worden is menselijk maar haten is Duivels.
- Kwaad worden is menselijk kwaad blijven is Duivels.
- Ontvangen worden als een aap in de porseleinkast.
- Wie niet oud wil worden moet zich jong ophangen.
- De rijken worden rijker de armen armer.
- De beste paarden moeten op stal gezocht worden.
- Tot zijn vaderen verzameld worden.
- Vieze varkens worden vet.
- Wie zich verhoogt zal vernederd worden.
- Warm worden.
- Die met wijzen omgaat zal wijs worden.
- Die niet wit en wilt worden moet uit de molen blijven.
- De zwaarden worden tot sikkelen geslagen.
- Honingzoete woorden brengen geen haver in de kast.
- Geen woorden maar daden.
- Met geld en goede woorden krijgt men veel gedaan.
- Zoetgevooisde woorden Mooie liefrijke en vriendelijke woorden.
- Hij weegt zijn woorden op een goudschaaltje.
- Als de wijn zinkt zwemmen de woorden boven.
- Zij hebben hoge woorden.
- Met iemands woorden naar de markt gaan.
- Zij krijgen woorden.
- Zijn woorden zijn gouden appelen in zilveren schalen.
- De woorden bleven hem in de keel steken.
- Woorden dat is niets de eenden leggen de eieren.
- Woorden zijn geen oorden.
- Iemand de woorden uit de keel trekken.
- Iemand de woorden uit de mond stelen.
- Iemand de woorden uit de mond kijken.
- Veel woorden de nek breken.
- Woorden wekken voorbeelden trekken.
- Veel woorden vullen de zak niet.