Spreekwoorden met hebben

Ergens een grote hekel aan hebben.

Ergens een hekel aan hebben.

Iets door hebben.

Iets heel erg leuk (of lekker) vinden.

Ergens aan meedoen.

Ergens op rekening kunnen kopen.

Ernstig twijfelen over de goede afloop.

Willen weten wat er precies speelt.

Ergens zin in hebben.

Ergens verstand van hebben.

Iets totaal negeren.

Hij negeert dat.

Ergens ervaring mee hebben.

Ergens zijn tanden inzetten.

Iedereen wil graag waardering voor zijn werk hoe onbelangrijk dit ook mag zijn.

Erg weinig hebben.

Sommige dwaze mensen bereiken met wat geluk nog heel wat in de wereld.

Belangrijke mensen hebben vaak ook veel macht.

Je moet als handelaar gebruik maken van de dwaasheid van de mensen.

Sommige zaken zijn zeer moeilijk te krijgen.

Je moet overal een naam aan kunnen geven om duidelijk te maken waarover het gaat.

Ze lijken allemaal op elkaar.

Een hekel hebben aan iemand.

Iets moet niet alleen functioneel zijn; het is ook prettig als het er leuk uitziet.

Je moet je aan de regels houden.

Zich niet kunnen verroeren door een stijve rug.

Hij wil weten waar hij aan toe is.

Hij is niet tevreden met wat hij heeft gekregen.

Mensen die honger hebben luisteren niet naar argumenten.

Als straf niet het huis uit mogen.