De muts stond hem scheef.
Hij had een slechte bui.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met muts
Dat is zeker.
Hij heeft een slecht humeur.
Je kunt het niet raden.
Hij is niet normaal.
Hij draagt de muts schuin.
Spreekwoorden met scheef
Het geld is bijna op.
Hoe lelijk iemand ook is, er is altijd wel iemand te vinden die deze persoon op waarde weet te schatten.
De dingen staan daar niet netjes op hun plaats.
Hij is in een slechte bui.
Hij heeft teveel gedronken.
Spreekwoorden met stond
De spreker wist niet meer wat hij moest zeggen.
Hij stond verstijfd van schrik.
Hij zag er teneergeslagen uit.
Hij sloeg een gek figuur.
Als je maar geduld hebt kom je er wel.