Hij laat het spek niet van zijn bord halen.
Hij komt goed voor zichzelf op.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Bakzeil halen.
- Iets op de beer halen.
- Iemand het bloed onder de nagels vandaan halen.
- Iemand uit het dal halen Iemand uit de problemen helpen.
- Hij zal zijn eindje wel halen.
- Hij wil zijn gram halen.
- Iemand over de hekel halen.
- De kastanjes voor iemand uit het vuur halen.
- Het laken door het oog van de schaar halen.
- Iemands maat niet kunnen halen.
- Iemand door de mosterd halen.
- Iemand uit zijn tent halen.
- Iemand over de tong halen.
- Iemand het vel over de oren halen.
- Strelende katjes halen het vlees uit de pot.
- Ergens te veel want overhoop halen.
- Het zeil in top halen.
- Berouw komt nooit te laat.
- Berouw komt steeds te laat.
- Hij laat de boeren dorsen.
- Wie het breed heeft laat het breed hangen.
- Het is een slechte hond die zijn brood pakken laat.
- Laat hem maar fluiten.
- Hij laat hem het gat van de deur [timmerman] zien.
- Als men gevallen is beziet men te laat het pleksken.
- God laat ons zinken maar niet verdrinken.
- Hij laat Gods water over Gods akker lopen.
- Laat haters haten en praters praten.
- Hij laat zijn hersens werken.
- Hij laat het hoofd hangen.
- Hij laat zijn kaars aan twee kanten branden.
- Hij laat zijn kam hangen.
- Hij laat de kerk in het midden.
- Hij laat zijn lever graag zwemmen.
- Laat uw licht schijnen voor de mensen.
- Hij laat de lip hangen.
- Laat ons eten en drinken want morgen sterven wij.
- Oostenwind Koningskind want hij staat pas laat op.
- Hij laat zijn oren hangen.
- Het is te laat geroerd als de pap aangebrand is.
- Raad na daad komt te laat.
- Hij laat zijn rolletjes goed aflopen.
- Laat hem maar schuiven.
- Laat hem in zijn eigen sop [vet] gaar koken.
- Hij laat zijn tanden zien.
- Neemt uw tijd te baat te vroeg is beter dan te laat.
- Laat hem zijn tol maar uittollen.
- Hij laat zijn veren hangen.
- Vis laat een mens zoals hij is.
- Laat dat maar vlotten en drijven.
- Die zijn vrouw liefheeft laat haar thuis.
- Laat maar waaien.
- Hij laat het water over de dijk lopen.
- Hij laat de wind door de hekken waaien.
- Hij laat te veel wind door de hekken waaien.
- Hij laat de zon niet van zich schijnen.
- Laat ze zorgen die ons borgen.
- Hij eet een bord wasem zonder mes.
- Hij heeft een plank [plaat] [bord] voor zijn kop.
- Dat geeft geen spek in de erwten.
- Gooi geen spek in een hondenest.
- Men moet de kat niet bij het spek zetten.
- De kat kon het spek wel zien maar niet krijgen.
- Met een metworst naar een zijde spek gooien.
- De muizen dansen daar in het spek.
- De naald in het spek steken.
- Hij gaat met het spek naar bed.
- Zij heeft het spek al weg.
- We hebben nog spek aan mei toe.
- Meedoen voor spek en bonen.
- Met spek vangt men muizen.
- Met spek schieten.