God laat ons zinken maar niet verdrinken.
Je kunt op God vertrouwen als je zelf ook je best doet.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Berouw komt nooit te laat.
- Berouw komt steeds te laat.
- Hij laat de boeren dorsen.
- Wie het breed heeft laat het breed hangen.
- Het is een slechte hond die zijn brood pakken laat.
- Laat hem maar fluiten.
- Hij laat hem het gat van de deur [timmerman] zien.
- Als men gevallen is beziet men te laat het pleksken.
- Hij laat Gods water over Gods akker lopen.
- Laat haters haten en praters praten.
- Hij laat zijn hersens werken.
- Hij laat het hoofd hangen.
- Hij laat zijn kaars aan twee kanten branden.
- Hij laat zijn kam hangen.
- Hij laat de kerk in het midden.
- Hij laat zijn lever graag zwemmen.
- Laat uw licht schijnen voor de mensen.
- Hij laat de lip hangen.
- Laat ons eten en drinken want morgen sterven wij.
- Oostenwind Koningskind want hij staat pas laat op.
- Hij laat zijn oren hangen.
- Het is te laat geroerd als de pap aangebrand is.
- Raad na daad komt te laat.
- Hij laat zijn rolletjes goed aflopen.
- Laat hem maar schuiven.
- Laat hem in zijn eigen sop [vet] gaar koken.
- Hij laat het spek niet van zijn bord halen.
- Hij laat zijn tanden zien.
- Neemt uw tijd te baat te vroeg is beter dan te laat.
- Laat hem zijn tol maar uittollen.
- Hij laat zijn veren hangen.
- Vis laat een mens zoals hij is.
- Laat dat maar vlotten en drijven.
- Die zijn vrouw liefheeft laat haar thuis.
- Laat maar waaien.
- Hij laat het water over de dijk lopen.
- Hij laat de wind door de hekken waaien.
- Hij laat te veel wind door de hekken waaien.
- Hij laat de zon niet van zich schijnen.
- Laat ze zorgen die ons borgen.
- Die geboren is om te hangen zal niet verdrinken.
- Die aan de galge past en zal niet verdrinken.
- Een gedwongen eed doet God leed.
- Den armen gegeven is God geleend.
- Doe uw best God doet de rest.
- Hij is goed in God.
- Hij steekt God de ogen uit.
- Hij wandelt met God in de waarheid.
- Dat zullen wij God en de molenaar laten scheiden.
- De mens wikt maar God beschikt.
- Hij is van God los.
- God is geen spreker doch op Zijn tijd een wreker.
- God wreekt daar hij niet spreekt.
- God niet van je houdt.
- God borgt wel maar en scheldt niet kwijt.
- God geeft het dubbel weer als men goed doet.
- Het is God geklaagd.
- Bij God is genade maar bij hem niet.
- God spijst de vogels maar ze moeten er om vliegen.
- Het valt er in als God woord in een ouderling.
- Help uzelf zo helpt u God.
- Leven als God in Frankrijk.
- Het hart zinkt hem in de schoenen.
- De moed zinkt hem in de schoenen.
- Een klein schip doet een groot schip zinken.
- Als het schip zinkt dan zinkt ook de lading.
- Als het schip zinkt zwemmen de ratten er uit.
- Als de wijn zinkt zwemmen de woorden boven.