Spreekwoorden met hond

Als het maar langzaam genoeg gaat kun je aan de vreemdste zaken gewend raken.

Dat is de oorzaak.

Dat is niet te verstaan.

Je wilt eten maar het eten is al door anderen opgegeten.

Hij is een vrek.

Als je met een slechte persoon omgaat ga je zijn gedragingen overnemen.

Als je wat wilt bereiken zul je soms risico moeten durven nemen.

Je kunt beter iets langzaam goed doen dan haastig iets slecht afraffelen.

Op je eigen gebied kun je je het best verdedigen.

Je moet een kwaal met hetzelfde bestrijden als de oorzaak.

Je moet voor jezelf opkomen.

Zelfs de eenvoudigste man heeft nog wel iets waarop hij trots kan zijn.

Hij komt overal achter.

Hij krijgt (ten onrechte) overal de schuld van.

Hij is niet welkom.

Hij is een bierdrinker.

Hij is erg ziek.

Hij zegt niemand gedag.

Hij kijkt sip.

Hij werd niet goed ontvangen Hij werd zo rood als een kalkoense haan.

Hoe slechter het gezelschap hoe vervelender hun daden.

Niet iedere verandering is een verbetering.

Voortdurend ruzie hebben.

Boeren zijn ongemanierde koppige mensen.

Je moet niet zo zuinig zijn met het eten dat het bederft.

Als je iets tegen iemand wil doen kun je altijd wel iets bedenken.