Drie keer verhuisd is één keer afgebrand.

Door frequent te verhuizen lijdt de inboedel schade.

Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden

Spreekwoorden met drie

Een stadspraatje duurt maar drie dagen.

Mensen vergeten opzienbarende dingen snel.

Gasten en vis blijven maar drie dagen fris.

Je moet als gast niet te lang blijven.

Hij draagt de muts op drie haartjes.

Hij draagt de muts schuin.

Lichaamsdelen Haar

Hij moet ieder dubbeltje drie keer omkeren.

Hij moet heel zuinig met zijn geld omgaan.

Spreekwoorden over Geld

Hij zet een gezicht als drie dagen slecht weer.

Hij is erg kwaad.

+ nog 3 spreekwoorden met 'drie'

Spreekwoorden met keer

Dat is zo zeker als twee keer twee vier is.

Dat is absoluut zeker.

Gedane zaken nemen geen keer.

Iets wat is gebeurd laat zich niet ongedaan maken.

Tegen de keer [stroom] ingaan.

Precies het tegengestelde doen van wat de meute doet.

Deze website gebruikt cookies. Deze website maakt gebruik van cookies.

Ons cookiebeleid