Hij laat zijn lever graag zwemmen.
Hij is een alcoholist.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Berouw komt nooit te laat.
- Berouw komt steeds te laat.
- Hij laat de boeren dorsen.
- Wie het breed heeft laat het breed hangen.
- Het is een slechte hond die zijn brood pakken laat.
- Laat hem maar fluiten.
- Hij laat hem het gat van de deur [timmerman] zien.
- Als men gevallen is beziet men te laat het pleksken.
- God laat ons zinken maar niet verdrinken.
- Hij laat Gods water over Gods akker lopen.
- Laat haters haten en praters praten.
- Hij laat zijn hersens werken.
- Hij laat het hoofd hangen.
- Hij laat zijn kaars aan twee kanten branden.
- Hij laat zijn kam hangen.
- Hij laat de kerk in het midden.
- Laat uw licht schijnen voor de mensen.
- Hij laat de lip hangen.
- Laat ons eten en drinken want morgen sterven wij.
- Oostenwind Koningskind want hij staat pas laat op.
- Hij laat zijn oren hangen.
- Het is te laat geroerd als de pap aangebrand is.
- Raad na daad komt te laat.
- Hij laat zijn rolletjes goed aflopen.
- Laat hem maar schuiven.
- Laat hem in zijn eigen sop [vet] gaar koken.
- Hij laat het spek niet van zijn bord halen.
- Hij laat zijn tanden zien.
- Neemt uw tijd te baat te vroeg is beter dan te laat.
- Laat hem zijn tol maar uittollen.
- Hij laat zijn veren hangen.
- Vis laat een mens zoals hij is.
- Laat dat maar vlotten en drijven.
- Die zijn vrouw liefheeft laat haar thuis.
- Laat maar waaien.
- Hij laat het water over de dijk lopen.
- Hij laat de wind door de hekken waaien.
- Hij laat te veel wind door de hekken waaien.
- Hij laat de zon niet van zich schijnen.
- Laat ze zorgen die ons borgen.
- Wat van eksters komt huppelt graag.
- Een haas is graag waar hij geworpen is.
- Een volle maag studeert niet graag.
- Hij wil graag het naadje van de kous weten.
- Wat oud is knort graag; wat jong is speelt graag.
- Hij droomt van schol maar hij eet graag platvis.
- De een traag de ander graag.
- Wat de vrouw graag mag eet de man elke dag.
- De vrouw wil het thuis graag de baas zijn.
- Lachen dat de lever schudt.
- Het komt hem niet aan de lever.
- Iemand om de lever gaan.
- Dat ligt hem zwaar op de lever.
- Het was of hem een luis over de lever liep.
- Hij is een man met een witte lever.
- Hij heeft een minne lever.
- Hij spreekt vrij van de lever.
- Hij loopt met warme lever en tong.
- Hij zwemt in het geld.
- Als het schip zinkt zwemmen de ratten er uit.
- Hij zwemt als een vis.
- Vis moet zwemmen.
- De vis wil zwemmen.
- Als de wijn zinkt zwemmen de woorden boven.