Hij zet een gezicht als een oorworm.
Hij zet een kwaad en teleurgesteld gezicht.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
Spreekwoorden met gezicht
Dat is niet om aan te zien.
Dat was een belediging.
Hij had een nors en ontevreden gezicht.
Hij heeft een stijf gezicht.
Je kunt hem niet vertrouwen.
Spreekwoorden met zet
De beurt hebben.
Dat helpt amper.
Als je het gevaar opzoekt zal je daaraan ook sterven.
Hij pakt het niet goed aan.
Hij heeft een goede bui.