Hij zet een gezicht als een oorworm.
Hij zet een kwaad en teleurgesteld gezicht.
Spreekwoorden met overeenkomstige trefwoorden
- Hij had een gezicht van oude lappen.
- Hij heeft een gezicht als een prent.
- Op je gezicht.
- Hij trekt een gezicht als een oorworm.
- Hij trekt een gezicht als een bakje.
- Hij zet een gezicht als drie dagen slecht weer.
- Hij is met zijn gezicht in de erwten gevallen.
- Uit iemands gezicht gesneden zijn.
- Hij heeft een grijns voor het gezicht.
- Dat is een mooi gezicht voor een kapotte ruit.
- Dat was een snee over zijn gezicht.
- Iemand de tien geboden in het gezicht zetten.
- Iemand de tien geboden op zijn gezicht zetten.
- Zijn ware gelaat [gezicht] tonen.
- Hij zet de kerk op de toren.
- Hij zet de muts opzij.
- Hij zet de puntjes op de i.
- Hij zet zijn schuurdeur open.
- Hij zet de spat er in.
- Die hem tussen vuur en stro zet brandt geerne.
- In een zet en een wet.
- Hij zet een zandwinkeltje op.
- Aan zet zijn.
- Dat zet geen zoden aan de dijk.