Spreekwoorden met trefwoord
- taai 2
- taal 4
- taart 3
- tabak 3
- tachtig 1
- tafel 7
- tafellaken 1
- tafeltje 1
- tak 3
- takje 1
- talen 1
- talent 1
- talenten 2
- talrijk 1
- tamme 1
- tand 12
- tanden 12
- tang 4
- tap 1
- tarwe 1
- tas 2
- tast 2
- teen 2
- teer 3
- teergeld 1
- teerling 1
- tegelijk 1
- tegen 37
- tegenspoed 1
- tegenstrijdigheden 1
- tegenwoordigheid 1
- tekeer 2
- teken 1
- tekortkomingen 1
- tekst 2
- tel 1
- telde 1
- tellen 7
- tempel 1
- tempelier 1
- ten 6
- tenegader 1
- tenen 1
- tent 4
- tenten 1
- tere 1
- terecht 3
- teren 2
- tergen 1
- tering 1
- terrein 1
- terug 2
- terwijl 3
- test 2
- teugel 3
- teugels 7
- teugen 1
- teugske 1
- teveel 1
- tevreden 2
- tevredenheid 1
- thee 2
- theewater 1
- thema 1
- thomas 1
- thuis 14
- thuisgebracht 1
- thuisgekomen 4
- tien 5
- tienen 1
- tiert 1
- tiet 1
- tij 4
- tijd 28
- tijden 1
- tijdgenoeg 1
- tijds 1
- tikgeit 1
- tikt 1
- til 2
- tille 1
- timmerman 1
- tinkast 1
- tinnegieter 1
- tip 1
- tiptop 1
- tit 1
- tjokvol 1
- tocht 3
- toe 9
- toegebonden 1
- toekomst 3
- toen 4
- toestanden 1
- toeten 2
- toetmem 1
- toets 1
- toffe 1
- toga 1
- tol 4
- ton 2
- toneel 1
- toneelspeler 1
- tong 16
- tongen 1
- tongriem 1
- tonnen 2
- tonnetje 1
- toon 3
- toontje 2
- toorn 2
- top 4
- topzwaar 1
- toren 5
- torens 2
- touw 5
- touwtje 1
- traag 2
- trachtten 1
- trager 1
- tranen 1
- tranenbrood 1
- tranendal 1
- trant 1
- trap 2
- trechter 1
- tred 1
- treden 5
- tredmolen 1
- treil 1
- trein 1
- trek 2
- trekke 1
- trekpleister 1
- trijntje 1
- trillen 1
- troebel 1
- troef 5
- troepjes 1
- troffel 1
- trog 1
- trojaanse 1
- trok 1
- trom 3
- trommel 1
- trommels 1
- tronk 3
- troost 3
- trots 1
- trotse 1
- trouw 6
- trouwring 1
- truieman 1
- truydeman 1
- tuig 3
- tuin 4
- tuk 1
- tukker 1
- tulten 1
- turf 2
- turfje 1
- turfmand 1
- turk 1
- turken 1
- tussen 20
- twaalf 5
- twee 54
- tweede 1
- tweedracht 1
- tweemaal 1
- tweesnijdend 1
- twijfel 1
- twist 1
- twistappel 1
- twisten 4
- twistzieke 1
- type 1