Spreekwoorden met geven

Als je iets van je rijkdom weggeeft krijg je daar in geestelijk opzicht iets voor terug.

Zeggen wat je denkt.

Anderen door onzedelijk of onreligieus gedrag schokken.

Dat wil hij heel erg graag hebben.

Dat heeft geen vaste prijs; je moet net een liefhebber weten te vinden die er veel geld voor over heeft.

Urineren.

Een oorveeg geven.

Iets beter voorspiegelen dan het in werkelijkheid is.

Er mee stoppen.

Iets niet meer willen.

Iets goedpraten.

Je wordt heus niet arm als je wat weggeeft.

Iemand slaag geven.

Een liefdesrelatie stoppen.

Iemand zijn ontslag aanzeggen.

Een eind maken aan iemands lijden.

Iemand in het ongeluk storten.

Iemand zijn laatste geld afhandig maken.

Iemand afdanken.

Iemand erg veel verwijten maken.

Iemand zijn ontslag geven.

Iemand een verwijt maken.

Iemand straffen.

Iemand een complimentje geven.

Iemand na een straf nog eens extra bestraffen.

Iemand met goed advies verder helpen.

Iemand op een diplomatieke manier de waarheid vertellen.

Iemand gevangen nemen en laten leven.

Iemand slaag geven.

Iemand slaag geven.