Spreekwoorden van A tot Z

Als je dood bent heb je niets meer aan je rijkdom.

Een gemene en listige schurk.

Een kopje zonder oortje.

Een oorveeg geven.

Een flinke grove vrouw.

Het zwakke geslacht.

Een dag die slecht begint hoeft nog geen slechte dag te zijn.

Als iemand je een drankje aanbiedt moet je er de tijd voor nemen.

Een toast op de goede afloop; een heildronk.

Dronken mensen zeggen wat ze werkelijk denken.

Een dronken vrouw neemt het niet zo nauw met de zeden.

Tien cent.

Een goedaardig meisje.

Een vrouw die bij de mensen als lief bekend staat is in werkelijkheid vaak helemaal niet zo lief.

Een man van de daad zijn.

Een belofte die men snel vergeet.

Iets bevestigen.

Met iemand nog een vermanend onderhoud moeten gaan voeren.

Een middagdutje doen.

Een vervelende fout kan het geheel verknoeien.

Je kunt een koppig persoon niet overtuigen.

Een methode om iets moeilijks op een gemakkelijke manier te onthouden.

Een windje laten.

Een fles helemaal leegdrinken.

Een slechterik.

Van schreeuwers heb je vaak het minst te vrezen.

Lang uitslapen.

Niet met geld kunnen omgaan.

Zich totaal niet aan het gebod houden.

Een afgebrand gebouw dat weer helemaal als nieuw wordt hersteld.