Spreekwoorden met hebben
106 spreekwoorden gevonden
1 - 30 van 106Wallen onder de ogen hebben.
Anderen iets verwijten terwijl je zelf hetzelfde verweten kan worden.
Mensen die brutaal zijn krijgen vaak hun zin.
Dat hebben ze al vanaf hun prille jeugd zo geleerd.
Dronken zijn.
Mensen willen altijd weten hoe iets is gekomen.
Ondergeschikt zijn aan iemand.
Ieder mens heeft zijn eigen manier van doen en van praten.
Iemand wil nog blijven hangen terwijl de gast hem weg wil hebben.
Als je niet naar goede adviezen luistert dan zul je het nooit ver brengen.
Als je aan een onderneming begint moet je je niet laten afschrikken door problemen.
Niet gevoelig zijn voor opmerkingen.
Aan iets bezig zijn dat bijna zeker zal mislukken.
Wraak nemen of ter verantwoording roepen van iemand voor iets wat hij niet goed heeft gedaan.
Opzij gelegd geld hebben voor moeilijke tijden.
In verwachting (zwanger) zijn.
Verliefd zijn op iemand.
Een trouwbewijs hebben.
Met iemand nog een vermanend onderhoud moeten gaan voeren.
Niet met geld kunnen omgaan.
Zware hoofdpijn hebben omdat je teveel gedronken hebt.
Iemand onheil toewensen.
Als je veel liegt moet je wel kunnen onthouden wat je allemaal hebt verzonnen.
Niets of zeer weinig schuldig zijn aan iemand.
In beschonken toestand verkeren.
In een gunstig daglicht bij iemand staan.
Erg lang met iemand zijn omgegaan.
Iemand heel erg aardig vinden.
Er niets mee van doen willen hebben.
Er niets mee van doen willen hebben.