Spreekwoorden met mond

Iemand niets gunnen.

Iemand beletten om te spreken.

Slijmen met iemand.

Vol spanning afwachten wat de ander gaat zeggen.

Iets net even eerder zeggen dan een ander.

Iemand werkloos maken.

Met iemand slijmen.

Datgene zeggen waarvan je weet dat het gewaardeerd wordt.

Slijmen met iemand.

Je moet je aan de omstandigheden aanpassen.

Mensen praten graag over de dingen (of mensen) waar ze van houden.

Iets kan altijd op het laatst nog foutgaan.

Als je ergens niet voor in aanmerking komt moet je je flink houden.

Men praat graag over dingen waar men enthousiast over is.

Mensen praten graag over de dingen waar ze van houden of veel van af weten.

Je moet niet zo zuinig zijn met het eten dat het bederft.

Wraak geeft een kortstondig goed gevoel, maar is heel erg slecht.

Je moet niet het onmogelijke willen.

Als je hem dat zegt wordt hij verschrikkelijk kwaad.

Zij praat aan één stuk door en weet niet van ophouden.