Spreekwoorden met twee

Je kunt het niet met twee verschillende partijen eens zijn.

God zorgt ervoor dat ook het zwaarste leed nog draagbaar is.

Stel je op in een rij van twee personen.

Als een echtpaar niet hetzelfde geloof heeft zal hier gemakkelijk ruzie over ontstaan.

Twee mensen die niet willen toegeven kunnen niet samenwerken.

Zij spannen samen.

We hoeven elkaar niets wijs te maken.

Als er ruzie is dan hebben beide partijen vaak enigszins gelijk en enigszins ongelijk.

Twee slechterikken zullen elkaar geen kwaad doen.

Kwade mensen zijn het snel met elkaar eens als ze beiden boos zijn op een ander.

Als je een probleem met anderen bekijkt zie je eerder een oplossing.

Om met zijn tweeën tegen één persoon te strijden is niet eerlijk.

Mensen die veel met elkaar om gaan nemen elkaars gedragingen over.

Twee slimme mensen maken elkaar niets wijs.

Twee vrouwen bij elkaar ruzieën en praten aan één stuk door.

Twee onvermogenden kunnen elkaar niet bijstaan.

Je moet geen boter en kaas tegelijk op je brood doen.

Als je geen goede keuze hebt dan zul je de minst slechte moeten kiezen.

Je moet geen twee dingen tegelijk doen.

Niet alles wat is beloofd wordt ook gedaan.

Zij lijken heel erg op elkaar.

Zij heeft geld genoeg om haar man ook te onderhouden.

Zij kunnen niet met elkaar opschieten.

Zij spannen samen.