Spreekwoorden van A tot Z

Iets niet helemaal geloven.

Iets eten.

Iets meegemaakt hebben dat je niet weer hoeft te doen.

Iets niet door laten gaan.

Iets zo snel als maar mogelijk is gaan doen.

Een aanknopingspunt hebben.

Een fout vergeven.

Een herinnering naar boven brengen bij iemand.

Iets langdurig en met alle details vertellen.

Iets op z'n gemak bekijken.

Tegen alle weerstand in iets toch laten gebeuren.

Iets gaat naar de verdoemenis.

Een fout vergeven.

Iets niet meer behandelen in de hoop dat men het vergeet en als afgedaan beschouwd.

Iets nauwgezet observeren.

Iets door hebben.

Iets blijven controleren.

Iets voordelig (of gratis) mee kunnen nemen.

Iets snel en gemakkelijk doen.

Iets op een enthousiaste manier met allerlei details vertellen.

Zich ergens niet duidelijk over uitspreken.

Iets niet meer vergeten.

Iets bewaren voor een later moment.

Iets tegoed houden.

Iets voor later intact laten.

Al zijn geld aan drank besteden.

Iets onthouden.

Iets is niet origineel.

Iets helemaal vernielen.

Door er geen aandacht aan te besteden iets in de vergetelheid brengen.