Spreekwoorden van A tot Z

Iets laten lopen.

Ergens te gemakkelijk over denken.

Ergens scherp op toezien.

Iets weggeven als je nog leeft.

Iets zonder aandacht bekijken.

Iets heel makkelijk kunnen doen.

Een verkeerde voorstelling van zaken geven.

Ergens geen rekening mee houden.

Iets ergs zien gebeuren maar er niets tegen kunnen doen.

Iets naar de pandjesbaas brengen.

Een grapje maken.

Ergens geen ruchtbaarheid aan geven.

Iets aan het doen zijn.

Iets op de pof kopen.

Iets herstellen.

Iets kopen op krediet.

Iets voordelig kunnen kopen.

Iets op krediet kopen.

Iets op krediet kopen.

Iets op afbetaling kopen.

Iets op een ongefundeerde aanname bepalen.

Iets nieuws beginnen.

Iets door hebben.

Iets uitermate gedetailleerd uitleggen.

Zorgen dat iets in orde blijft.

Iets nieuws opstarten.

Iets nieuws opstarten.

Iets in orde maken.

Iets stiekem wegnemen.

Iets heel gemakkelijk kunnen doen.