Spreekwoorden van A tot Z
713 spreekwoorden gevonden
121 - 150 van 713Iemand erg veel verwijten maken.
Iemand zijn gang laten gaan.
Iemand ernstig waarschuwen dat hij zijn plichten goed moet vervullen.
Iemand een reprimande geven.
Zorgen dat iemand geen voordeel heeft.
Iemand met moeite aan het antwoorden krijgen.
Vol spanning afwachten wat de ander gaat zeggen.
Iets net even eerder zeggen dan een ander.
Iemand zijn ontslag geven.
De schuld naar iemand toeschuiven.
Iemand zijn ontslag geven.
Kwaadspreken over iemand.
Iemand hevige verwijten maken.
De ware bedoelingen van iemand weten.
Iemand hinderen.
Iemands plannen doorkruisen.
Iemand erg hinderen.
Iemand voor het lapje houden.
Iemand voor het lapje houden.
Iemand dwingen te gehoorzamen.
Iemand een verwijt maken.
Iemand benadelen.
Iemand weer een beetje hoop geven.
Iemand een memo sturen.
Iemand geld afhandig maken.
Iemand beschuldigen van slechte dingen.
Iemands macht breken.
Iemand beetnemen.
Iemand bedriegen.
Iemand vermoorden.